Het regent. Nog stond.
Dat was genoeg gierzwaluw en maakte iedereen die in het straat haast
om naar shuilplaatsen te lopen. Hoewel de zon scheen maar er was geen
obstakel voor regen. Ja, het was toch 9 uur 's morgens. De tijd die
veel mensen hun activiteiten liepen. Zoals naar de kantoor, school,
en ook sport te doen. Regen kwam en dan maakte de situatie onveilig.
Hij kwam plotseling. Volgens de weerberichten op 6 uur 's morgens
kwam het mooi weer vandaag. Alle mensen hoefden niet te zorgen om hun
activiteiten te doen. Doch dat was niet geldig.
Zijn naam was Dani. Deze
man liep naar plaats welke hij werkte. Een paraplu beschermte hem.
Een draagtas in zijn rug. Hij was zichtbaar ontspannen. Voor hem,
regen was niet een obstakel. Hij beschouwde dat als God zegen. Daarom
geniet ervan. Dani was een schrijver. Een advertentie schrijver preciezer. Ja,
hij werkte in een advertentie bureau. Zijn kantoor lag in een grote
straat. Aan de voorkant van zijn kantoor of tegenover lag een park.
Een klein park maar er waren veel bomen. Dat maakten het park groener
en koel. Dani vond dat het park belangrijk omdat er waren veel
inspiraties als hij in het park zat. En de inspiraties hielpen hij om
een schrift te maken. Zonder dat was het moeilijk voor hem. Even het
park was uitgezet worden. En dan was er geen zang van vogels die
altijd in de bomen zatten en netstelden. Er was geen windstoot
die uit bomen kwam ook en natuurlijk was er geen iets groen. Als het
gebeurt voelde Dani zich niet lekker in zijn lichaam en treurig. Hij
wou een tegenstander worden.
“Genoeg gierzwaluw,
niet waar?” vroeg een maan aan hem. Een man was Fredi, zijn collega
in een dit advertentie bureau.
“Absoluut,” Dani
antwoorde vast. “Waarom? Ben je natheid?”
“Ja, een beetje,”
antwoordde Fredi terwijl Fredi leidde naar hemd die natheid was.
“Hm...heb je dat iets gehoord?”
“Nee? Wat is dat? Is er
een nieuw nieuws?”
“Ja, een nieuw nieuws
maar het heeft geen relatie met onze beroep. Het is een slechte
nieuws,”
“Slechte? Wat slechte?
Is er slechts?”
“Ja, dat betreft met
dat park,” zei Fredi leidde zijn ogen naar het park in de
tegenover.
“Waarom met het park?”
vroeg Dani nieuwsgierig. En in zijn hart zei hij: was dat
park....nee...onmogelijk...
“Uitgezet,” antwoordde
Fredi kort. Dat maakte Dani bleek.
“Waarom?”
Fredi keek naar Dani. Er
was een treurig gezicht. Ja, hij wist dat Dani van het park hield.
“Meneer Rosman,
eigenaar van het park, hebt dat park verkocht aan de zakenman zodat een gebouw wou gebouwd worden,”
“Waarom Meneer Rosman
hebt dat park verkocht?”
“Ik heb gehoord dat hij
geld had nodig voor zijn zoon en nu zijn zoon kritisch,”
“Maar waarom deed hij?”
“Dat park is zijn
alleen schat,”
Stil. Indewaar. Treurig.
Keek hij naar het park. Het park die veel betekenissen voor hem gaf.
Het park die een verkoeling gaf. Natuurlijk, veel inspiraties. En nu
dat wou gebeurd. Het park wou uitgezet worden. En dat betekent dat
hij iets speciaal wou losmaakten. Dani voelde zich hemzelf leeg. Hij
liep naar de bureau ongeest. Zijn collega's waren verbazing.
“Wat is er aan de hand,
joh?” vroeg Rina.
“Fredi zei me dat het
park wou uitgezet, niet waar?”
Rina stil. Zij keek naar
Dani. Zij haalde adem in dan,
“Ja, dat is waar,”
antwoorde Rina langzaam, “Ik weet dat je dat niet accepteert. En
ook alle vrienden hier. Maar we kunnen niets,”
“Ja, we kunnen niets
omdat we zijn alleen en kleine bureau en de ondermening dat het park
wil uitgezet zeker een grote. Belachelijk!”
“Zeg, maak jezelf kalm,
hoor,” zei Robi, “We bidden maar dat de uitgezet niet gebeurd,”
“Ja, zonder actie. En
dat je voelt je zinloos!”
Plotseling verliet hij
zijn collega's en leidde naar zijn directeur kamer. Misschien, in zijn
hersenen, zijn directeur wou zijn klagen horen. Blijkbaar niet. In
plaats daarvan zei zijn directeur tegen:
“Beter je werkt dan
zorgt niet iets onbelangrijk!”
“Maar dat park is erg
betekenis voor me en u weet dat. Kijk, hoewel klein, hij geeft me
veel inspiraties en de inspiraties brengen dit bureau altijd een
winnaar worden in advertentie competities! U hoeft dat te realiseren!”
“Ja, ik heb dat
gerealiseerd maar je moet naar andere plaatsen verhuizen. We kunnen
toch een park maken in deze bureau,”
“Nee, ik denk dat het
park is speciaal en belangrijk!”
“Oh, dus dat je opinie.
Okee...ik geef nu twee opties. Werk of...ontslaag?”
Dani stil. Hij kon niet
antwordden. Zijn directeur alleen glimlach. Hij vond dat hem
vervelend. Dus, hij besliste om zijn directeur te verlaten.
Alle dagen, Dani was niet
de geest. Hij piekerde alleen het park. Hij voelde zich niet lekker
om iets te doen. Het park, volgens hem, als zijn vriendje. Eindelijk
koos hij alleen te zitten.
“Hai, vriend,” zei
Dani toen hij in het park was. Hij zat en kijk naar omheen. “Ik ben
treurig sinds je wilt uitgezet worden. Ik accepteer niet erg. Ik
vind dat ik me leeg wil voelen zonder jou. Ik kun niet als je
geweest. Ik kun....ah, vergeet maar. Er is niets die ik voor jou kun
even ook ze....wat een flauwekul!”
Hij stil dan. Keek naar
omheen terug. Zag de vogels vlogen en daarna zitten. In de bomen
netstelden zij tijdens zongen. Zo afstembaar te luisteren. Natuur
zong. Het geluid was hinder en zuiver. Maakte Dani wou het park niet
verlaten. Op den duur voelde hij slaperig en dan sliep.
***
Dani was ontwaakt. Hij
keek naar omheen dan realiseerde dat hij nog in het park was. De zon
sloeg neer. Koele lucht was zo gevoel. Het waait. Dani voelde zich
voortdurend in het park maar hij realisserde dat hij moest werkten.
Hij stond dan. Schoot hij op. Maar, hij was indewaar toen hij wist
dat hij in de andere milieu. Geen gebouwen, geen straat, geen mensen,
geen auto's. Alleen bomen en vogels. Vroeg hij zich af: Waar ben ik?